ja heb je
Geplaatst op: juni 20, 2024
Als ik vroeger iets graag wilde maar het niet durfde te vragen zei mijn moeder altijd: “Vraag het nou gewoon; ‘Nee heb je, ja kun je krijgen’!”. Deze wijsheid leerde me om in sommige gevallen toch de stoute schoenen aan te trekken. Als je het niet vraagt heb je immers niets. Pas als je erom vraagt heb je een kans dat je wel iets krijgt. Deze levensles leverde me bijvoorbeeld mijn eerste vriendinnetje op maar ook voor de serieuzere vragen in het leven gold: ‘Nee heb je, ja kun je krijgen’.
Of de werkneemster met een tijdelijk contract in de rechtszaak waarover ik recent las ook zo’n levensles van haar moeder had meegekregen weet ik niet maar indachtig dat advies vroeg zij in een mailtje aan haar werkgever of deze genegen was haar een vast contract aan te bieden. Dat wilde zij graag hebben, aldus haar mail. De werkgever, te druk of wellicht niet gediend van dergelijke brutale vragen, reageerde niet op deze mail.
Toen het einde van het tijdelijke contract zich aandiende zegde de werkgever de werkneemster aan dat haar contract niet werd verlengd. Keurig op tijd en niets aan de hand zou je zeggen. Tegelijkertijd hoor ik je denken: “Dan was het ook geen rechtszaak geworden”!? Terecht gedacht.
Wat was het geval? In Nederland kennen we de Wet flexibel werken. Deze wet bepaalt onder anderen dat de werknemer kan de werkgever verzoeken om aanpassing voor al dan niet wisselende perioden en met al dan niet verschillende omvang van de uit zijn arbeidsovereenkomst of publiekrechtelijke aanstelling voortvloeiende arbeidsduur, arbeidsplaats of werktijd. Deze wet bepaalt dus als je een flexibel contract hebt, bijvoorbeeld flexibele uren of verschillende dagen of standplaatsen, dat je een verzoek kunt richten tot je werkgever -nadat je een half jaar hebt gewerkt- om aanpassing van deze arbeidsomstandigheden. De bedoeling lijkt duidelijk. Als je weinig vastigheid in je werk hebt kun je de werkgever verzoeken daar verandering in te brengen. De werkgever moet daar schriftelijk op reageren en wel binnen een maand. Reageert de werkgever niet dat wordt het verzoek van de werknemer geacht te zijn goedgekeurd.
Lange tijd werd gedacht dat de verzoeken die de werknemer kan doen op grond van de Wet flexibel werken vooral gestoeld konden worden op de uren en de wijze waarop de werkzaamheden werden verricht. Dus een verzoek tot meer vaste uren in de week, meer duidelijkheid over de plaats waar de arbeid verricht diende te worden etc. Dat een verzoek ook een verzoek om een vast contract in plaats van een tijdelijk contract zou kunnen behelzen werd niet gedacht/geloofd. Volgens de Kantonrechter te Roermond is dat dus wel het geval, getuige deze uitspraak.
De werkneemster vroeg om een vast contract. Zij had al ‘ja’ en kon ‘nee’ krijgen. Als de werkgever (tijdig) had gereageerd was het ook ‘nee’ geworden. Omdat de werkgever dat niet had gedaan had de werkneemster een vaste baan! De vlag kon echter niet uit bij de werkneemster. De rechtszaak werd uiteraard pas gestart nadat de werkgever de arbeidsovereenkomst niet had willen verlengen. De werkneemster dagvaardde de werkgever omdat haar tijdelijke contract niet werd verlengd. Dat deed zij echter niet binnen twee maanden na het niet rechtsgeldige einde van dat contract en dat was te laat. De arbeidsovereenkomst kon niet meer worden hersteld door de kantonrechter.
Deze werkgever had dus geluk maar laat het een les zijn voor werkgever en werknemer. De werknemer heeft dus ‘ja’ en de werkgever moet tijdig ‘nee’ zeggen (lees schrijven!) ook bij een verzoek om een vast contract.