Het water.

Geplaatst op: januari 12, 2024

Daar waar Nederland de afgelopen weken in de  ban was van het wassende water dat wederom de dijken op de proef stelde en op sommige plaatsen in Nederland gevaarlijk in de buurt van de in allerijl geplaatste zandzakken kwam, speelde het water ook een grote rol bij mij de afgelopen weken.

Ik was weer op Vlieland. Water en een eiland is uiteraard een twee-eenheid. Echter, de hoeveelheid water op Vlieland verraste me; grote delen van het eiland waren zonder laarzen onbegaanbaar. De bossen leken eerder op tropische mangrovebossen dan op Vlielandse dennenbossen. Zoveel water heb ik in al die jaren dat ik op Vlieland kom niet eerder gezien. Ook de duinen hadden het zwaar te verduren gehad. Aan de Wad-kant waren hele stukken duin weggeslagen en stond het water bijna direct tot aan de aangetaste duinenrij. Het strand aan de Noordzeezijde had gelukkig  minder te duchten gehad van het zware weer.

Op dat laatste strand stond ik overigens op 1 januari weer klaar om mee te doen aan de jaarlijkse nieuwjaarduik. Getooid in enkel mijn zwembroek en de fel oranje Unox muts stond ik samen met honderden andere enthousiastelingen de kou te trotseren. Begeleid door de Vlielandse fanfare en met meer toeschouwers (laffe hazen eigenlijk) dan deelnemers stormden we om klokslag één uur middags het ijskoude water van de Noordzee in. Het blijft een koude maar mooie manier of het nieuwe jaar fris te beginnen.

De laatste werkbare weken van vorig jaar stonden overigens ook in het teken van water. Wel in de  overdrachtelijke zin, overigens. Ik werd door verschillende potentiële klanten gebeld die mij vroegen hun letselschadezaken eens te bekijken. Dat soort verzoeken krijg ik wel vaker. Het gaat dan vaak om zaken die langer lopen en waarbij er sprake is van een impasse. Soms omdat het slachtoffer het niet eens is met het advies van zijn belangenbehartiger, soms omdat de zaak muurvast zit. Wat opvalt bij veel van deze second-opinions is dat bij deze slachtoffers het water in financiële zin vaak aan de lippen staat. Soms is dat wel uit te leggen. Als er een verschil van mening is tussen verzekeraar en slachtoffer over bijvoorbeeld de gevolgen van een ongeval en de verzekeraar meent dat na een bepaalde periode er geen sprake meer is van ongevalsgerelateerde arbeidsongeschiktheid en/of door het ongeval ontstane kosten van bijvoorbeeld huishoudelijke hulp. In die gevallen zal het slachtoffer, dat nog steeds niet kan werken en nog steeds hulp nodig heeft, zijn of haar schade niet meer vergoed zien door het betalen van voorschotten terwijl er nog wel schade wordt geleden. Het niet meer betalen van een voorschot loopt dan parallel met het ingenomen standpunt van de verzekeraar. Een onafhankelijk medisch onderzoek of zelfs een procedure is dan vaak noodzakelijk.

Wat echter ook voorkomt is dat de verzekeraar ter afwikkeling van een letselschadezaak wel een afwikkelingsvoorstel heeft gedaan, vaak gebaseerd op een afwikkeling van de geleden schade waarbij ook een deel van de toekomstige schade wordt verdisconteerd, maar bij het niet accepteren van dat voorstel helemaal stopt met bevoorschotten. Recent werd mij een zaak voorgelegd waarin de verzekeraar het slachtoffer aanbood de schade af te wikkelen. De verzekeraar bood een fors bedrag aan. Daarmee was de geleden schade en werd een deel van de toekomstige schade gedekt. Toen het slachtoffer het voorstel echter weigerde werd vervolgens de bevoorschotting door deze verzekeraar volledig gestaakt. Daar waar de verzekeraar eerder de geleden schade erkende werd daar vervolgens niet meer op bevoorschot. Het water wordt dan gebruikt als onoorbaar drukmiddel omdat de verzekeraar dan hoopt dat als het water maar tot de lippen van het slachtoffer reikt hij/zij wel akkoord moet gaan. 

Gratis advies?
Sluiten

Gratis 10 minuten letselschade advies.