Blonde vriendin

Geplaatst op: april 6, 2023

Als er bij ons thuis iemand iets heel graag wil hebben en zegt “Ik wil graag een nieuwe ………….(vul maar in) hebben” antwoord ik steevast. “Weet je wat ik wil? Ik wil een blonde vriendin”. Die reactie van mij is al zo oud als de kinderen zelf zijn en levert thuis dan ook geen enkele opgetrokken wenkbrauw, laat staan een reactie meer op. Terwijl in deze periode met “lentekriebels” en “woke-gekte” een dergelijk antwoord al snel aanleiding zou kunnen zijn voor een publieke lynchpartij. Wellicht dat ik daarom mijn standaard reactie op “ik wil” ook enkel binnenshuis formuleer.

De oudere lezers van mijn Vrijmiblo weten uiteraard wel waar dat gevatte antwoord van mij vandaan komt. Ik heb dat niet zelf bedacht. “Ik wil een blonde vriendin” is uiteraard een verwijzing naar de  legendarische uitspraken van Frank van Putten, de zoon van Carla van Putten. Als zijn moeder hem weer eens ergens naar toe sleepte sprak hij steevast (in de camera) de woorden: “Ik wil helemaal geen … (vul maar in), ik  wil een lekkere ronde blonde vriendin om mee (vul maar in).”

Helaas had Frank geen leuke blonde vriendin, alleen zijn moeder en daar werd hij voor behandeld.

Dat ik deze grap maak en dat niemand er bij ons thuis van op kijkt zegt uiteraard wat over de betekenis van de onlangs overleden Wim de Bie op ons nationale geheugen. Het lijkt wel afgelopen  weken op alle gremia iedereen filmpjes deelt van Van Kooten en De Bie. En terecht. Wat een impact hadden die twee. Ze hebben satire gedefinieerd, hebben ons een spiegel voorgehouden, waren tijdloos en hebben de Dikke Van Dale verrijkt met fantastische woorden en uitdrukkingen.

Ook ik ben dagelijks bezig met taal. Ik formulier brieven, schrijf processtukken en pleidooien. Taal is zeg maar, wel “mijn ding”. Toch is dat vooral serieuze taal. Soms kan in een pleidooi een grappige opmerking of kwinkslag worden verstopt maar het is nooit de bedoeling om bewust grappig te zijn en/of te worden bevonden in mijn vak. Dat terwijl mijn vak wellicht af en toe best een beetje verlichting kan gebruiken in een de vorm van een ijsbrekende grap of een goede woordspeling. Toch ben ik te bevreesd zo iets te doen in mijn zakelijke stukken. Dat is wellicht ook de reden dat ik het zo leuk vind mijn Vrijmiblo’s te schrijven.

Toch merkte ik dat ik de laatste periode wat minder tijd, ambitie en inspiratie had om de Vrijmiblo te schrijven. Het is ook best lastig merk ik om iedere veertien dagen te publiceren. Dat mij dat niet altijd lukt blijkt als u deze Vrijmiblo leest. Het had vorige week al op de site moeten staan. Drukke werkzaamheden en een beginnende writersblock zijn debet geweest aan de vertraging. Wellicht  ontstond daarom de afgelopen tijd steeds meer waardering voor columnisten die wekelijks een column moeten publiceren zoals bijvoorbeeld  Daniël Lohues in het Dagblad van het Noorden. Jaloersmakend hoe ogenschijnlijk makkelijk hij schrijft. Mooie taalvormen, geestig laagdrempelig, herkenbaar en iedere week weer op tijd. Wat ik mooi vind aan zijn columns is dat hij dicht bij zichzelf en zijn omgeving blijft.

Dat zou ik ook wel willen. Zo makkelijk en mooi mijn stukjes schrijven. Iedere veertien dagen (de lat moet niet te hoog) mooi op tijd om weer een juweeltje van een Vrijmiblo op de site te kunnen plaatsen. Net zo veel bereik en zo bejubeld als Daniël Lohues.

Ach, wat heb ik nou te willen? Frank van Putten, die had echt iets te willen, kreeg het niet en werd daarvoor behandeld. Ik gelukkig niet.

Gratis advies?
Sluiten

Gratis 10 minuten letselschade advies.